[ad_1]
Het PBL heeft gekeken naar de verhuisstromen in de afgelopen 22 jaar van en naar zes grote Nederlandse steden: Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Eindhoven en Groningen. Over de hele periode constateert het bureau een duidelijk patroon: de nieuwe stadsbewoners zijn vooral jongeren.
Jongeren verhuizen naar de stad voor hun studie of (op zoek naar) een baan. 30-plussers verlaten vaak de stad, stelt het PBL, voor een ruimere woning in de gemeenten rond om de steden. Onder 40-plussers is de trek van en naar de stad redelijk stabiel. Deze groep verhuist sowieso minder, aldus het planbureau.
Nieuwe stadsbewoners vaker uit het buitenland
Vanaf 2006 ziet het PBL een nieuwe tendens: de nieuwe stadsbewoners komen niet langer hoofdzakelijk uit Nederland, maar uit het buitenland. Het gaat om een zeer diverse groep met gezinsmigranten (mensen die komen samenleven met iemand die hier al woont), arbeidsmigranten, buitenlandse studenten, expats en statushouders.
De afgelopen twintig jaar vestigden meer mensen zich in de grote steden dan er vertrokken. Worden de verhuizingen vanuit en naar het buitenland buiten beschouwing gelaten, dan blijkt in 2018 de trek uit de stad groter dan de trek naar de stad.
Toegenomen vertrek uit de stad
Ten tijde van de kredietcrisis, de periode 2008-2013, nam het vertrek uit de stad af; volgens het PBL bleven dertigers – ook gezinnen – toen vaker in de stad wonen. Inmiddels verlaten dertigers weer meer de stad.
Weliswaar vormen dertigers nog altijd de grootste groep die de stad verlaten, maar sinds 2006 trekken ook relatief veel jongeren weg, stelt het PBL vast. Het gaat daarbij onder meer om buitenlandse studenten die na hun opleiding in Nederland weer terugkeren naar het land van herkomst, volgens het PBL.
Minder jongeren naar de steden
Trokken jongeren uit Nederland in de crisisperiode nog onverminderd naar de stad, de laatste jaren neemt die beweging af. Het planbureau ziet een mogelijke verklaring in de sterk gestegen woonkosten in combinatie met het leenstelsel.
Het patroon van de jongeren die komen en de dertigers die de steden verlaten, ziet het PBL in alle zes onderzochte steden. Tussen de zes steden zijn er wel verschillen, aldus het planbureau.
Amsterdam en Utrecht, de twee duurste studentensteden, kennen de grootste terugloop van studenten. De sterkste stijging van buitenlandse nieuwkomers doet zich voor in Den Haag en Amsterdam.
[ad_2]