[ad_1]
“Een jaar of vijf geleden begon het”, denkt Denise van den Berg, interieuradviseur en stylist van tv-programma Eigen Huis en Tuin. “Bij bijna alle metamorfoses die we doen zeggen mensen: we willen graag een industriële look”, zegt ze tegen RTL Z. En industrieel betekent: strak en staal.
Tijdsbeeld
Het voelt ook wel heel modern, erkent ook Maud Christian, interieurarchitect en docent aan het interieuropleidingsinstituut Perk. “Het past in dit tijdsbeeld, met het hergebruik van oude materialen.”
Maar zo jong is de stalen deur helemaal niet. De oorsprong ligt zo’n honderd jaar geleden, in het modernisme en functionalisme. In het begin van de 20ste eeuw krijgen ontwerpers en kunstenaars andere inzichten, onder meer vanwege nieuwe technieken die dat ook mogelijk maken.
‘Vorm volgt functie’
‘Vorm volgt functie’, is bijvoorbeeld een van de dogma’s van de vroege 20ste eeuw. Het design van een gebouw, interieur of voorwerp wordt gedicteerd door wat je ermee moet doen, niet door de esthetische aantrekkingskracht.
Gespecialiseerde ontwerpers verwijzen op hun sites ook naar stijlen als Bauhaus en De Stijl, of ontwerpers als Dudok en Rietveld.
Misschien was het Bauhausgrondlegger Walter Gropius zelf wel, die als eerste een stalen deur ontwierp. Wereldberoemd is zijn Fagusfabriek, met grote raampartijen die op de hoeken doorlopen. Uniek, voor die tijd, maar een stevige, stalen constructie, maakte het mogelijk.
Sociale media
Waar de modernisten geleid werden door het breken met tradities en het ontdekken van nieuwe mogelijkheden, wil de trendvolger van vandaag gewoon een mooie deur, als het even kan eentje die leuk staat op sociale media.
“Dat industriële zag je voor het eerst in cafés en andere hippe gelegenheden. Dan zie je dat dat langzaam doorsijpelt”, analyseert docente Christian. “En je wordt besmet door Pinterest. Dat zie ik veel bij mijn opdrachtgevers en leerlingen.”
[ad_2]
